Vast

Met een natte plof valt de pannenkoek op de keukenvloer. Langzaam laat ze de koekenpan zakken, de boter druppelt rond haar voeten. In het harde TL-licht steekt de niet-gare kant van de pannenkoek bleek af tegen de matgrijze tegels. Ze zou het vet eigenlijk meteen weg moeten halen. Het gaat vlekken als het erin trekt en dat verpest de vloer. Maar het lukt haar niet om in beweging te komen: het gesuis is terug.

“Normalisatie, oligarchie, paternalisme”, prevelt ze binnensmonds, starend naar de lap deeg die het startschot lijkt te hebben gegeven voor een soort estafette in haar hoofd. “Quadriplegie, reconciliatie, sequentieel.” Met een hoop kabaal voegt de koekenpan zich bij de puinhoop op de grond wanneer ze haar handen tegen haar oren drukt. “Tertiair, ubiquitist, v…, v…, ver…” Het suizen kolkt nu door haar hoofd, sneller, harder en lijkt elke hersencel met oorverdovende ruis te vullen. Het stroomt uit haar oren en ze ziet het als een soort mist de keuken vullen. Stroperige mistflarden, die trillen en draaien en haar kotsmisselijk maken.

Bruusk draait ze zich om, ze moet weg van de mist, maar door de plotselinge beweging stoot ze haar elleboog hard tegen het aanrecht. De pijn schiet als een bliksemschicht door haar arm omhoog en spat in sterretjes uiteen achter haar oogleden. Ze wankelt naar voren, probeert door de mist te waden. “Veri.., verificatie, wezenloos…” Ineens lijkt de keuken zich om te draaien en ziet ze de vloer op zich af komen. Haar handen zijn niet op tijd om haar gezicht te beschermen. Dwars door alle ruis hoort ze iets kraken en dan…

Stilte.

Ze voelt de koude tegels tegen haar slaap.

Stilte.

Ze durft haar hoofd niet op te tillen.

Stilte.

Ze wil niet meer opstaan. Ze wil wegzakken in deze abrupte, maar aangenaam verdovende stilte en nooit meer wakker worden.

Kinderstemmetjes dringen de stilte binnen. Heel zacht, zingend. “Hallo, meneer de Uil, waar breng je ons naar toe?” Het beeld van een pannenkoek flitst door haar hoofd. Een pannenkoek? Suus! Ze was pannenkoeken aan het bakken voor Suus. Suus, die in de woonkamer De Fabeltjeskrant kijkt en het altijd uitschatert als Stoffel de Schildpad Ik voel me zo appelig zegt. Suus, haar mooie, lieve dochter, voor wie ze al maanden vecht tegen de onverklaarbare aanvallen die haar uit het niets verlammen. Die haar uitputten en haar wanhopig maken, omdat ze niet te stoppen zijn. Ze kan hier niet blijven liggen, ze moet naar Suus. Voorzichtig opent ze haar ogen, doodsbang dat elke tersluikse beweging het gesuis een reden geeft om terug te komen.

Niets.

Heel voorzichtig tilt ze haar hoofd iets op.

Nog steeds niets. Geen mist, geen ruis.

Ze probeert haar armen op te tillen om zich af te zetten. Maar het gaat niet. Ze zet meer kracht, maar haar armen lijken vastgeplakt aan de vloer. Paniek overspoelt haar, ze moet naar Suus. Ze moet opstaan, nu! Maar hoe ze ook wurmt en draait, de keukenvloer lijkt haar in zijn greep te hebben.

“Suus!”, haar stem slaat over. “Suus, mama komt eraan. Wees maar niet bang, Suus!” Haar stem weerkaatst tegen de wanden. Een fel verblindend licht maakt dat ze haar ogen weer dicht moet knijpen.

“Rustig, mevrouw Reijnders, hou u rustig.”

De keukenvloer begint weer te kantelen, om en om en om. Ze probeert nog steeds wanhopig enige beweging in haar lijf te krijgen, maar alles draait en het licht is te fel en haar hoofd is zo zwaar.

“Blijf nou rustig, dit is nergens voor nodig.”

Ze voelt iets kouds door haar linkerarm stromen, het kruipt omhoog, langs haar nek, naar haar hoofd en maakt het nog zwaarder. “Suus…” Haar stem is hees.

“Suus is hier niet, mevrouw Reijnders. Suus komt niet meer terug. U maakt het uzelf alleen maar moeilijker. Blijft u alstublieft rustig liggen. Dan komt alles goed.”

Ze heeft het vreemde gevoel dat de koude marmeren tegels zacht zijn geworden. Haar lijf lijkt weg te zakken in de vloer, de tegels verstevigen hun greep op haar lichaam, haar armen, haar hoofd. De stilte kruipt behoedzaam uit een ver hoekje in haar hoofd en breidt zich uit totdat ze niets meer hoort, niets meer weet en zelfs Suus vergeten is.

_________

Op Twitter vroeg ik om willekeurige woorden, zodat ik inspiratie kreeg om schrijfmeters te maken. Zij gooiden mij de volgende woorden toe:
@eetschrijver Tersluiks
@MindYourFeedNL Pannenkoek
@selfhelphipster Stilte
@RobertdeRuijter Bruusk Reconciliatie Paternalisme Appelig
@saskia86 Estafette
@vanDalenAnne Binnensmonds

3 gedachtes over “Vast

Plaats een reactie